Onderdeel van beleidsdoel: Algemene dekkingsmiddelen verzorgen

Meerjarenoverzicht baten & lasten (x 1.000 euro)

Operationeel doel 8.1.1

Algemene dekkingsmiddelen provincie

Lasten

Jaarrekening
2016

Begroot 2017

Begroot 2018

Begroot 2019

Begroot 2020

Begroot 2021

Apparaatskosten

2.232

2.456

2.468

1.981

1.979

1.979

Directe lasten

-531

724

7.778

11.000

14.064

17.653

Kapitaallasten

626

448

448

448

448

448

Overdrachten

400

-16.987

13

13

13

13

Subtotaal Lasten

2.726

-13.359

10.708

13.442

16.504

20.093

Baten

-439.053

-415.833

-396.395

-401.499

-404.018

-404.758

Saldo van baten en lasten

-436.327

-429.192

-385.687

-388.057

-387.514

-384.665

Storting reserves

0

0

0

0

0

0

Onttrekking reserves

0

0

0

0

0

0

Resultaat

-436.327

-429.192

-385.687

-388.057

-387.514

-384.665

Toelichting op de budgettabel

Directe lasten

Bij Kaderbrief 2018 (zie §5.1 regel C) is de stelpost voor prijsstijgingen naar boven bijgesteld. Het gaat hierbij om een herberekening van de benodigde indexeringen. Bij deze berekeningen is uitgegaan van een indexeringspercentage van 2%. In voorgaande jaren werd met 1% indexering gerekend. Dit zorgt voor een verhoging van lasten van € 956.000 in 2018 tot € 4.377.000 in 2021.
Bij de Kaderbrief 2018 heeft een update van het Provinciaal Meerjarenprogramma Onderhoud (PMO) plaatsgevonden (zie § 5.1 regel H). Hierbij zijn de verschillende budgetten opgehoogd als gevolg van herberekende indexeringen. Hiervoor wordt als dekkingsmiddel de stelpost prijsstijgingen ingezet. Dit zorgt in 2018 voor € 610.000 aan lagere lasten, in 2019 voor € 12.62.000 aan lagere lasten, in 2020 voor € 1.758.000 en in 2021 voor € 1.861.000.

Baten

Op basis van de gewichtsuitdraai per januari 2017 is de opbrengst van de motorrijtuigenbelasting bij de Kaderbrief 2018 (zie §5.1 onderdeel E) structureel verhoogd naar een bedrag van € 199,4 miljoen voor alle jaren vanaf 2017.
Bij de Kaderbrief 2018 (zie §5.1 regel D) is de raming voor het provinciefonds op basis van de septembercirculaire 2016 voor de komende jaren naar boven bijgesteld. De hogere raming wordt veroorzaakt door een positieve accresontwikkeling en een toename van de ruimte onder het plafond BTW-compensatiefonds.
Het contract met de omgevingsdienst NZKG loopt t/m 2018. In 2018 wordt gesproken over verlenging van het contract. Daarom is in 2019 en verder deze post structureel af geraamd met € 670.000.
Op basis van de meicirculaire 2017 is de raming van het provinciefonds bijgesteld. Dit zorgt in 2018 voor een hogere uitkering van € 3.121.000, in 2019 een hogere uitkering van € 2.421.000, in 2020 een lagere uitkering van € 199.000 en in 2021 een lagere uitkering van € 1.825.000. De mutaties worden verklaard door gewijzigde accressen ten opzichte van de septembercirculaire 2016 en omdat de ruimte onder het plafond van het BTW-compensatiefonds is afgenomen ten opzichte van de septembercirculaire.
Vanaf 2017 sprake van een nieuwe verdeling voor de algemene uitkering van het provinciefonds. Aanleiding is de door de provincies ervaren complexiteit van het vorige verdeelmodel en het door diverse decentralisaties relatief klein geworden aandeel van de algemene uitkering ten opzichte van de decentralisatie-uitkeringen. In het overzicht hieronder is de opbouw van het provinciefonds opgenomen inclusief de overheveling van de DU's Natuur, Natuur DLG, Verkeer en vervoer en BRZO naar de algemene uitkering: