4.3.2 Infrastructuur

De instandhouding van de provinciale infrastructuur legt een groot beslag op de provinciale begroting. Hierdoor is in de afgelopen jaren steeds nadrukkelijker de behoefte ontstaan om de infrastructuur professioneler, doelmatiger en efficiënter in stand te houden. Om hieraan te voldoen hebben wij de principes van assetmanagement en gebiedscontracten omarmd.
De provincie Noord-Holland is sinds 2015 gecertificeerd beheerder conform de internationale norm voor Assetmanagement ISO 55001. Wij zetten, als gecertificeerd beheerder, in op continue verbetering en ontwikkeling van de organisatie. Dit doen we door de kwaliteit van onze werkprocessen voortdurend te toetsen.
Assetmanagement beoogt de benodigde maatregelen voor instandhouding van het areaal af te wegen op basis van de aspecten areaalprestatie, faalrisico’s en kosten. Waar eerder de degradatie van de technische staat leidend was voor het plegen van onderhoud, is nu het op bestuurlijk vastgesteld kwaliteitsniveau functioneren van het areaal leidend. Dit is vastgelegd in de Nota Infrastructurele Kapitaalgoederen (NIKG). Hierin is omschreven welke kapitaalgoederen de provincie in eigendom heeft en op welk kwaliteitsniveau deze in stand gehouden moeten worden. Ook is hierin vastgelegd welke financiële middelen hiervoor noodzakelijk zijn. In 2018 zal een nieuwe NIKG worden gemaakt.
Om voor alle kapitaalgoederen de afweging tussen functieprestatie, faalrisico’s en instandhoudingskosten te kunnen maken, is de beheerstrategie opgesteld. Hierin staat omschreven hoe de kwaliteitsniveaus bepaald worden, welk beeld de provincie heeft van areaalfuncties en –prestaties en hoe de faalrisico’s bepaald worden.
In de NIKG 2016-2019, worden de beeldkwaliteitsniveaus gehanteerd. Gebaseerd op de landelijke CROW-systematiek, zijn de onderstaande kwaliteitsniveaus vastgesteld voor de verschillende onderdelen van de provinciale infrastructuur: Doelstelling hierbij is dat 95% van ons areaal op of boven het vastgestelde kwaliteitsniveau zit.

Stroomwegen B
Wegen overig C
Fietspaden B
Haltevoorzieningen B
Vrij liggende busbanen B
Vaarwegen C/D (Risico gestuurd)
Milieueffecten B
De doelstelling hierbij is dat bij een meting minimaal 95 % van de netwerken voldoet aan het door PS vastgesteld kwaliteitsniveau. Het areaal wat onder het kwaliteitsniveau zit moet weer op niveau worden gebracht. (Een 100% eis is niet redelijk en efficiënt)
Bij de vaarwegen mogen stremmingen ontstaan voor de gebruikers ten gevolge van een calamiteit aan de oevers. Bij de tunnels wordt een beschikbaarheid van 98,5 % geëist. Daarnaast is het doel om door verdere optimalisatie van de Verkeersregelinstallaties (VRI’s) het aantal voertuigverliesuren tot 2020 met 6% per jaar afneemt en de betrouwbaarheid van de reistijd met 10% toeneemt door implementatie van verkeerskundig beheer.
Resumerend levert dit de volgende KPI’s die in de onderstaande tabel zijn weergeven,

Streefwaarde

2018

2019

2020

2021

2022

minimaal 95 % van de netwerken voldoet aan het kwaliteitsniveau

95%

95%

95%

95%

95%

95%

geen ongeplande stremmingen vaarwegen t.g.v. calamiteiten oevers

0

0

0

0

0

0

Beschikbaarheid tunnels

98,5%

98,5%

98,5%

98,5%

98,5%

98,5%

Afname aantal voertuigverliesuren per jaar

6%

6%

6%

6%

0%

0%

Toename van de betrouwbaarheid van de reistijd per jaar

10%

10%

10%

10%

0%

0%

Om het gebiedsgericht beheer te kunnen incorporeren, worden binnen de ambtelijke organisatie de verschillende beheeraspecten en processen per gebied uitgewerkt. Een belangrijk instrument bij het gebiedsgericht werken, is de uitrol van de gebiedscontracten, waarbij de instandhouding van het areaal naar de markt wordt gebracht. De gebiedscontracten voorzien erin dat het bepalen en uitvoeren van het vast en variabel onderhoud worden uitbesteed en alleen de (vervangings-) investeringen door de provincie zelf worden bepaald. Op deze wijze worden alle te nemen maatregelen aan het infrastructurele areaal op gebiedsniveau afgewogen, bepaald en ook herleid naar de na te streven eisen, richtlijnen, en doelen van de provincie Noord-Holland. In 2018 zijn ook de laatste 2 gebiedscontracten (Zaanstreek-Waterland en Noord- Holland-Zuid) operationeel en wordt de instandhouding van provinciaal areaal uitgevoerd middels gebiedscontracten. Daarnaast zijn er ook aspecten van het onderhoud die moeilijk passen in een gebiedscontract en waarvan het efficiënter is om deze centraal te beleggen, zoals bijvoorbeeld Centrale Brugbediening, Dynamische Verkeersmanagement (DVM), Gladheidscoördinatie.
Programma Meerjaren Onderhoud & Provinciale Programma Infrastructuur
Alle maatregelen aan het infrastructurele areaal worden begroot en in een planning opgenomen, de “Provinciale Programmaplanning Infrastructuur”. Een extractie daaruit voor de eerstvolgende 8 jaren wordt nader uitgewerkt en opgenomen in het bestuurlijk vast te stellen Provinciaal Meerjarenprogramma Onderhoud (PMO/instandhouding) en het Provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur (PMI/ aanleg).
Het PMO 2018-2022geeft aan welke onderhoudsmaatregelen noodzakelijk zijn. Daarmee wordt gewaarborgd dat de infrastructuur met de beschikbare middelen ook in de toekomst blijft voldoen aan de in de nota infrastructurele kapitaalgoederen vastgestelde onderhoudsniveaus.
Innovatie en duurzaamheid.
Ook bij de onderhoudsprojecten is er veel aandacht voor innovatie en duurzaamheid, te meer omdat hiermee de infrastructuur duurzamer maar ook efficiënter in stand wordt gehouden. Zo wordt om energie te besparen de verlichting voorzien van Led verlichting. Ook wordt energie opgewekt door middel van SolaRoad. Om de levensduur van de infrastructuur te verlengen worden projecten met Bioreparatiebeton en Epoxyasfalt uitgevoerd. Ook worden natuurvriendelijke oevers en faunaverbindingen aangelegd en worden ecologisch waardevolle bermen ecologisch gemaaid.

Verbeteren van de maatregelenprogrammering

Sinds 2008 wordt binnen de directie Beheer en Uitvoering gewerkt volgens gebruikersgericht netwerkmanagement. Hierbij staat de gebruiker centraal, waarbij de hinder beleving voor de gebruiker tot een minimum wordt beperkt, bij een zo efficiënt mogelijke besteding van de beschikbare middelen. In de contracten met de gebiedsaannemers is (en wordt) geëist dat zij werken met zo min mogelijk hinder voor gebruiker door onder meer vast te leggen dat grootschalige ingrepen in de infrastructuur alleen met minimale tijdsintervallen van meerdere jaren mogen plaatsvinden.

4.3.3 Gebouwen

De provincie Noord-Holland heeft verschillende gebouwen in beheer. De meeste gebouwen zijn in gebruik voor de huisvesting van medewerkers en/of opslag van eigendommen. De provincie verhuurt een klein deel van haar gebouwen als winkel, dienstwoning of kantoor aan derden.
Met de ingebruikname van Dreef 3 waren de villa’s aan het Florapark 5 en Frederikspark 10 en 12 niet langer nodig en zijn deze verkocht. Florapark 6 staat nog te koop.

Het onderhoud aan de panden voor 2018 kan als volgt worden ingedeeld.

  • Maincontract
  • Planmatig onderhoud, dit betreft werkzaamheden volgens het meerjarenonderhoudsplan.
  • Niet planmatig onderhoud, dit betreft storingen en niet geplande kleine onderhoudswerkzaamheden.

Maincontract
Voor zowel het planmatig als het niet planmatig onderhoud voor het kantoorpand Houtplein 33, het nieuwe gebouw Dreef 1+3 en het nieuwe archeologisch informatiecentrum Huis van Hilde, is een “maincontract” afgesloten, op basis van een prestatiecontract. Dit houdt één contract in, voor het onderhoud aan alle technische disciplines, waaronder bouwkunde, verwarming, lucht en elektrotechniek. Naast deze contractuele verplichtingen zijn er incidentele kosten die voortvloeien uit het maincontract voor deze panden.
Planmatig onderhoud
Voor het planmatig (bouwkundig) onderhoud aan de overige panden werken wij met een meerjarenonderhoudsplan. Dit meerjarenonderhoudsplan bevat het planmatig (bouwkundig) onderhoud aan de buitenzijde van de panden, zoals het schilderwerk, de vervanging of renovatie van daken en goten en noodzakelijke onderhoudswerkzaamheden aan de terreinen (hekwerk, bestrating). In het meerjarenonderhoudsplan is ook de periodieke vervanging van cv-installaties meegenomen. Om de drie jaar vindt een herinspectie van de provinciale panden plaats, waarna het meerjarenonderhoudsplan indien nodig wordt aangepast. Een nieuwe inspectie is in 2016 uitgevoerd.
Er zal groot onderhoud worden uitgevoerd aan Paviljoen Welgelegen in de vorm van stucwerk. Verder zal het gebruik van Paviljoenslaan 3 geëvalueerd worden en zal divers onderhoud waaronder schilderwerk, aan de villa’s en Welgelegen worden uitgevoerd. Daarnaast worden aan de andere panden kleinere reguliere onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd.
Niet planmatig onderhoud
Het niet-planmatig onderhoud beslaat het noodzakelijke klein onderhoud aan de panden, dat deels structureel plaatsvindt (onderhoud aan cv’s, zonweringen, automatische deuren en tuin) en deels op ad hoc basis (wanneer een onvolkomenheid wordt geconstateerd, na melding van storing of incidentele inspectie) wordt uitgevoerd.
Storingen in de panden die onder het maincontract vallen, worden ook uit dit budget betaald.